dinsdag 9 augustus 2011

Onkenbaar.

Ik kijk eens naar mijn hand,
zie beurt'lings palm en rug.
Ik draai hem heen en terug,
zie telkens maar één kant.
Van elkander afgewend
blijft hen immer onbekend
hun wederzijds bestaan
als bij de zijden van de maan.

Is't ook niet zo met stof en geest?
't Zijn delen van mijn wezen,
gescheiden daarvan nooit geweest.

Voor elk van hen blijft onbewezen
of de andere bestaat.
Voor elkaar zijn ze te laat.

Toch is dit geen probleem:
de mengeling van lucht en leem
maakt mijn hand bewegelijk.
Zonder zich af te matten
is hij er wel degelijk
al kan de palm de rug nooit vatten.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten