Zonder kruk en zonder stoel
zit ik rustig op de grond
die ik met mijn zitvlak voel,
zo eenvoudig als een hond.
Dan heb ik welhaast geen keus
dan mijn benen te gaan kruisen
en te merken dat mijn neus
poort is voor het ademruisen.
Zo houd ik vanzelf de wacht
en ervaar de zwaartekracht
en de dingen die ik dacht.
Dit gaat verder, dag en nacht,
en onttrekt zich aan mijn macht
als een god die zachtjes lacht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten