Ik kan omhoog gaan of omlaag
als ik mij aan't klimmen waag.
Boven straalt het eerste licht,
onder is het duister dicht.
Opwaarts krijg ik steeds meer zicht,
neerwaarts drukt mij het gericht.
Als ik bij mijn doel aankom
kom ik direct daarin om,
word daarmee volledig een
en daardoor geheel als geen.
Dit geldt voor het hoogste licht
zowel als voor't zwaarst gewicht.
't Is het einde van de plicht
als ik voor mijn einde zwicht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten