Ik ben het diepe donker
dat komt wanneer de avond valt
en schitterend geflonker
wordt in mijn schaduw uitgestald.
Ook overdag kan ik er zijn
als droesem in de wijn
of als een vijver glanzend zwart
en in de droefheid van het hart.
Men vindt in mij geen laatste grond,
ik ben niet vierkant en niet rond
maar giet mij in elke plooi
zonder dat ik ogen gooi.
Wie in staat is mij te eren
zal niet langer speculeren.
*): God van de duisternis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten