Het heelal biedt soms wel troost
want het is oneindig groot.
Als een mens van schaamte bloost,
met zijn wangen vlammend rood,
schuift de zee nog over't zand
en de maan schijnt op het land.
Ook moet men dan niet vergeten
dat de sterren en planeten
ondanks 't ploeteren en zweten,
wentelend, daarvan niets weten.
En de traan die men vergiet
doet de menhir geen verdriet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten