Glanzend op het aanrecht
staat een spel van draden
met bestek en steen beladen
blinkend en onthecht.
Dan verschijn ik met een doek
uit een onvermoede hoek
om te lichten uit hun bogen
kommen om die af te drogen
en vraag ik mij intussen af
hoe te scheiden graan en kaf,
wat boven moet, wat onder.
Zo blijf ik in gesprek
over wat goed is en bijzonder
maar maak mijzelf tot vrek
ten aanzien van het wonder
van mijn drupp'lend afdruiprek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten