Hongerend op zoek naar verzen
wroet ik woedend in de ruif.
Een wet van Meden en van Perzen
gebiedt me dat ik snuif.
Uit het water met een kluif
tussen mijn blikkerende tanden
verrijs ik als een hond en stuif
door golven en langs stranden.
Opnieuw heb ik een woord veroverd
en heb mezelf nogmaals betoverd
maar helaas duurt het niet lang
en haak ik naar een and're zang.
Ik vlucht slechts voor de overdaad
die mij om de oren slaat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten