De hemel is gevat in lood,
verkruimeld ligt het brood
op een tafel zonder bord
zonder dat het nog iets wordt
dan dat wat het al is:
stilleven onder het vernis
waarover tijden glijden
spiegelend naar alle zijden.
Daaronder stroomt de melk.
Het maakt niet uit dat ik verwelk
want het licht blijft breken
en kan met niets worden vergeleken.
Brood en beker, meid en armen
zijn het beeld van zijn erbarmen.
*): Schilderij van Johannes Vermeer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten