Wachtend op een bus
reisde ik met blikken mee
en een takkencraquelé
drukt' op de lucht een kus.
De twijgjes lagen zonder spijt
tegen de wolken uigespreid
en knipten zo het zwerk in stukjes
met ingehouden rukjes.
De aanblik was volmaakt
en daardoor werd ik aangeraakt.
Liever was dit niet gebeurd:
ik had mijzelf al verbeurd
maar ben nu terug in het gevang
waarin ik worstel en verlang.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten