Elke avond komt de slaap
met zachte vleugels aangezweefd.
Zowel bij koning als bij knaap
weet hij wat hij te zoeken heeft.
Dat is de wakkerheid
maar nooit kan hij die vinden.
Als hij over zijn akker glijdt
oogst hij slechts mist en winden.
Hij dompelt in vergetelheid
de dappere vermetelheid
en is zijn eigen deken
die drama's doet verbleken.
Toch is zijn werk niet tevergeefs
al krijgt hij ook de opbrengst niet.
Hij schenkt de slapende goedgeefs
zijn rust maar is al weg als die weer ziet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten