In dit grijsgroengrauwe land
is dit jaar geen vlok gevallen.
Werkloos sta ik aan de kant
zonder sneeuw om mee te ballen.
De zon schijnt flauw en schuchter
en houdt me mat en nuchter.
Praal en glorie zijn vergaan,
ik sta stil en pleng een traan.
Er valt geen eer meer te behalen,
er rest slechts schuld om te betalen.
De nacht vangt in zijn schacht
wat nog aan ontsnappen dacht.
Het is juist deze duisternis
die aangeeft dat het Kerstmis is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten