Als ik denk dan kost dat tijd.
Verder is er niets vereist.
Ik verzamel feit na feit
in een tel die steeds verrijst
en die ik benoemen kan
met een nummer, nu en dan.
Dit vormt de getallenreeks
die, plausibel en rechtstreeks,
toont dat er geen einde is
aan duren en geschiedenis.
Pas bij veraanschouw'lijking
zet ik dit tellen op een lijn.
Dan zie ik ineens een ding
en moet er dus ruimte zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten