Er is goed en er is kwaad
en een duif en een soldaat
of een wuivende prelaat
die op een gestoelte staat.
Er is geest en er is stof
en een kleuter met de bof.
Er is Ayin en het En Sof
en minister Molotov.
Er is het brein en een gordijn.
In de keuken staat azijn.
Samen met een glaasje wijn
kan ik aardig dronken zijn.
Alles roert zich in een spiegel
waarin ik walg en wiegel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten