een navertelling.
Op een dag zag Bram beneden,
toen hij neerkeek uit het raam,
iets dat zacht zijn hart kwam kneden,
als vanzelf en aangenaam.
Het leek sprekend op een munt,
die altijd plezier vergunt,
en dus liep hij snel omlaag
want hij had een lege maag.
Bij het gaan, steeds verder neer,
keek hij telkens even weer.
Het leek waarlijk eerst een kwartje
dat verkwikte zo zijn hartje,
toen een euro, toen een knaak
maar 't bleek een bord, zoals zo vaak.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten