De zee ligt kalm als een plas
en ik zit stil op het terras.
Het is middag, wit en heet,
en de zon is onbekleed.
Er is niet veel verkeer,
ik hoor geen vogels meer.
Boven mij, leeg als een hoepel,
spant zich de azuren koepel.
Iedereen is aan het slapen
en ook ik begin te gapen.
Ik kan niets meer verzinnen
en mijn zinnen gaan naar binnen.
Daar stuit ik op een wachter
zonder een idee.
Hij zit daar stil en kijkt tevreê
naar wat hij ziet en lacht er.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten