Ik gooi alle trossen los,
rooi de bomen van het bos
en verbreek de laatste koorden,
rijg niet meer aaneen de woorden
maar blijf liggen op het mos
als een prooi voor wolf en vos.
Zonder enig vast verband
of gebruik van mijn verstand
stel ik mij volledig open
zonder dat ik hoef te hopen.
Omdat ik nu niets meer doe
word ik daardoor nimmer moe.
Dan zie ik een wonder dagen
waar ik niet om hoef te vragen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten