Plots ben ik in vreemde tover
want iets anders neemt mij over.
Als een blaadje in het lover
word ik onopvallend pover.
Van het gladde en het ruige
is er nog wel een getuige
maar ik weet niet wie dat is
omdat ik mijzelve mis.
Er wordt weliswaar nog gedacht
maar de denker is als nacht.
Nu is er een and're macht
die zich opwindt en verwacht,
die nu door mijn aders stroomt
en de wildste dromen droomt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten