Als ik stilsta in de wei
rijdt de trein aan mij voorbij
maar zit ik er een keertje in,
met een krant tot aan mijn kin,
raast diezelfde wei
met een sneltreinvaart voorbij.
Wat beweegt is buiten mij,
en daar ben ik altijd bij,
maar ikzelf verroer geen vin,
dit te willen heeft geen zin.
Ik kan weliswaar gaan lopen,
dan vouwt zich de wereld open
en ik kan stilstaan als ik wil,
dan staan ook de straten stil.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten