Hoe kan ik je ooit bedanken
voor de liefde die je wekt,
ook als je die niet beloont?
Nu zet ik die om in klanken.
Daardoor blijf je onbevlekt
en van mijn gezeur verschoond.
Maar die klanken gaan als ranken
door mijn lief en leed omhoog.
Zich al windend langs mijn flanken
stutten zij de hemelboog.
Het genot dat ik daar vind
is mij altijd welgezind.
En, gelukkig als een kind,
zwindt mijn weemoed als de wind.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten