Hij is vandaag geboren
maar haalt mij alreeds in.
Ik kan zijn zoemen horen,
hij kriebelt op mijn kin.
Zo komt hij mij dus storen,
ik zie daarin geen zin.
Het kan mij niet bekoren,
't is stilte die ik min.
Voor hem ben ik een toren,
mijn neus een hoge tin.
Hij trippelt nu naar voren
en ik verroer geen vin.
Hij gaat vandaag al sterven,
die oogst moet ik nog erven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten