't Allerliefste word ik één,
één met jou en wel meteen!
Maar wanneer mij dat gelukt
ben ik terug bij af
en ga ik opnieuw gebukt
onder eend're straf
want dan ben ik weer alleen,
vastgemetseld in een graf
van onwrikbaar steen.
Het verlangen dat je gaf
is voor altijd heen.
Tenzij jij mij toch blijft boeien.
Liefde zal dan eeuwig gloeien
en 't verlangen alsmaar groeien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten